Bloed, Zweet en Tranen Deel V

imageAls ik medicijnverandering had en ik sliep in de middag, op mijn werk, want er werd nu éénmaal niet geloofd dat, mijn hersenen er van binnen zo tekeer konden gaan. Mijn werkgever had geen kaas gegeten, op het gebied van Neurologie. Omdat dit drie maanden aanhield, had souschef maar eens een telefoontje gedaan naar de bedrijfsarts. Na anderhalve week, werd ik opgeroepen, ik kwam, hij zag hoe sloom en slaperig ik eruit zag. De bedrijfsarts wilde weten wat ik allemaal slikte en wie het voorgeschreven had, “ik neem het op mijn eerste controle beurt mee”. “Maar dan ook echt alles”, zei de bedrijfsarts, “komt goed ik neem dan alles mee”. Eigenlijk wilde ik weten of, de bedrijfsarts er wel wijs uit kon komen. Er gebeurde zoveel tegelijk in mijn hersenen niet mooi meer, in de ochtend was ik fit kon ik alles aan en in de middag, juist als ik mijn medicijnen genomen had, werd ik tegen een uur of 13.30 uur slaperig nou niet mooi meer. Ik liep weg van de machine, want dat was te gevaarlijk en ik moest en zou van de chef toch achter de machine. “Hoe ga je dat mijn man vertellen als mij toch wat overkomt”? “Jou overkomt niets, ik vind dit aanstellerij”, aldus mijn chef. “Andere glazen in je bril zal je goed helpen en je krijgt onherroepelijk ook last van de nodige bijwerkingen, sorry dit is aanstellerij, gewoon doorwerken”. Nou één keer heb ik de verpleegkundige gezegd, wel erg grof van mij, maar het was de enige manier om de medische dienst wat te laten voelen. Ik had gezegd in de wandelgangen, terwijl iedereen daar passeerden en naar ons tweeën keek. “Ik wou dat je zelf eens goed tegen de grond klapt, maar ik zal je niet helpen, dat doen jullie als medische dienst bij mij ook niet”. Nu komt het vreemdste van alles in nog geen week tijd, was de verpleegkundige dermate gevallen en kon niet komen werken. “Ik weer, dat is aanstellerij, gewoon komen werken, in ieder geval bij de bedrijfsarts op controle komen”. “En ik nog onschuldig hoe komt het dat ze gevallen is, dat gebeurd toch niet zomaar”. “De verpleegkundige kan zich niets herinneren”. “Fraai is dat, een soort van black out of zo”? Als iets me niet aanstond en ze gebruikten en misbruikten me in of voor bepaalde situaties, dan flapte ik zulke dingen eruit en na een paar dagen of een half jaar gebeurde dat en ik wist zelf niet hoe. Ja ik wenste iets tegenover mijn opponent. Een wens die dan uit kwam, ik heb er zelf nooit echt de vinger op kunnen leggen, zouden ze mij daarom niet kunnen begrijpen, omdat, ik net als een schaker drie zetten vooruit dacht. Ik zei dat toen met een bedoeling “van jullie zeggen altijd dat, het aanstellerij is, maar dat is het niet”! Ik ben een beetje het type oog om oog, tand om tand. En ach mijn cheffin kreeg ineens last van, de ziekte van Crone, ja ik geef toe tegenover haar had ik ook wat gewenst. Niemand begreep hoe onze cheffin er aan kwam. Na een O.R vergadering hield ik de directeur tegen, ik moest toch even praten met hem. Dat stelde de directeur wel op prijs, maar veel tijd had hij niet, hij liet zijn agenda zien, ik vroeg er niet naar keek alleen maar naar hem. “U heeft het druk, houd u tijd over voor u zelf”. “Maar waar ik u over spreken wilden, hoe gaat het met onze zieke O.R lid, heeft u zijn vrouw nog aan de telefoon gehad?” “Leuk dat je daar naar vraagt, dat had ik nu net niet verwacht van jou, uitgerekend jij vraagt naar de Gezondheid van je O.R collega de rest vraagt er al helemaal niet meer naar, als ik een gaatje kan maken, bel ik van avond even, breng ik rapport uit bij de volgende O.R ik vindt dit leuk, nooit verwacht”. “Ach ook u kent me nog niet helemaal, maar ik ga akkoord met deze deal”. Deze collega kon er niets aan doen, ook hij moest in het begin, gewoon doorwerken, totdat zijn vrouw de directeur had gebeld met de mededeling dat mijn collega niet meer zou komen werken, mijn collega moest doorwerken terwijl die niet meer kon. Moest opgenomen worden in het ziekenhuis wegens Kanker, daar laat je niemand mee doorwerken. Dit vond ik ook zo iets belachelijks, daarom vroeg ik er naar, tegenover de directeur, of hij het gemeend leuk vond van mij weet ik niet, ik dacht het van wel. Maar als hij iets in en tijdens een O.R vergadering een opmerking tegenover mij aangaande mijn handicap, dan was het pleit snel beslist. “Zonder mij wist u nooit waar de focus woningen kwamen, ofwel gebouwd zouden worden en over handicaps gesproken, u heeft toch last van Uw rug iets wat nooit meer over zal gaan”. Ik deed heel veel voorwerk voor hem, iets wat de andere niet wisten, iemand die te slim is moest op een goedkope manier weggewerkt worden. Over dat goedkoop heb ik al een beetje proberen uitleggen hoe dat in zijn werking ging. Maar als ik last had van bijwerkingen als een bepaald anti-epilepticum met een half erbij of eraf of vervangen werd voor een ander middel, wat maar niet wilde pakken. Na drie maanden moest er toch wat gebeuren en belde dan ook prompt de Specialist op “heeft u lichamelijke of geestelijke klachten”? was de vraag. “Het nieuwe middel wil niet pakken, dus gaat het lichamelijk niet en geestelijk niet, zo suf dat ik alle dagen op mijn werk in de middag lig te slapen en ik loop niet ik sjok vooruit”. “Zelf vind ik dit niet normaal”. “Ik mag geen beslissing nemen, anders had ik het al lang geweten en besproken met u” “Ik zal u doorverbinden met u arts”. “Ik weer mijn verhaal verteld, er is dan altijd overleg, dat werkt ook op mijn zenuwen, hoor je plots ik kan niets voor je doen, goedkoop hoor”. Ik naar de huisarts “hebben we hier iemand die goed op de hoogte is, op het vlak van Neurologie ze kunnen niets meer voor me doen”. “Hoe je het went of keert ik moet altijd onder controle staan van een Neuroloog en het bijbehorende recept, anders heb ik niets meer”. “En ik moet toch mijn pillen blijven slikken, helaas tot mijn dood”. Dit laatste stuk speelt zich gelijktijdig af, dat de dokter mij naar een psychiater wilde sturen. Klap op klap kreeg ik in die tijd en nauwelijks slapen ook nog, dus je ging op een gegeven ogenblik wel doodvermoeid en met een sik naar je werk en je ging ook nog eens doodvermoeid naar bed. Of je was blij dat je van je werk verlost was en kon doen wat je wilde. Hoe het ook zij zo één dergelijke werkgever wil ik nooit meer. Inmiddels weet ik dat ze hun les nog niet geleerd hebben, de werkgever gaat gewoon door met waar die gebleven was. Zoals ik al zei “ik weet alles, mij ontgaat niets” en dat is tot op de dag van vandaag nog zo. Af en toe word ik weer helemaal bij gepraat en ik zie het gelijk tijdig als een film voor mijn ogen afdraaien. Bepaald geen slapstick film eerder een drama serie, die de werkgever niet meer goed kan produceren, ofwel de werkgever heeft het niet meer in de hand. Dat pad hebben ze verkozen, het asociaal,  beleid en zo keihard blijven doorvoeren, in plaats van het sociaal beleid wat de vorige directeur toch voor stond. De werkgever wordt daar steeds harder en harder in, nu bepalen ze wie er wel en wie er niet ziek mag worden. Helemaal te zot voor woorden.

Mijn blogs zijn bedoeld voor mensen die ouder zijn dan 18 jaar. Er kunnen namelijk wat schokkende verhalen tussen zitten. Maar ik heb nog een vraag ik zoek nog steeds een sponsor die mij wil helpen om deze blogs te kunnen uitgeven (autobiografisch) in een boek, graag een reactie?Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.